In deze workshop gaan we in op de Nederlandse taalnormering. Eerst stellen we ons de vraag wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen verschillende variëteiten van het Nederlands (Belgisch-Nederlands, Nederlands-Nederlands, Surinaams-Nederlands, maar ook variatie binnen het Belgisch-Nederlands) en hoe we die verschillen onderzoeken. Daarna worden de leerlingen voor even gebombardeerd tot ‘baas van het Nederlands’ en mogen ze zelf een voorstel doen over welke taalvarianten ze wel of niet als ‘Standaardnederlands’ zouden bestempelen (met enige motivering uiteraard). Op basis van die denkoefening worden de principes die een rol spelen bij taalnormering toegelicht en zal duidelijk worden dat er bij taalnormering meer dan ‘juist’ en ‘fout’ komt kijken. De workshop wordt in goede banen geleid door twee experten in verschillende facetten van het onderzoek naar taalvariatie: prof. Timothy Colleman doet onder meer onderzoek naar de grammatica van het Belgisch-Nederlands en het Afrikaans; dr. Anne-Sophie Ghyselen is expert sociolinguïstiek en doet onderzoek naar het Surinaams-Nederlands en naar taalvariatie in Vlaanderen. Tijdens de workshop krijgen de scholieren ook zelf de kans om met een aantal digitale hulpmiddelen te werken.
Doelgroep: Secundair onderwijs (ASO/BSO/KSO/TSO): 3de graad, volwassenenonderwijs, hoger onderwijs
Periode: In onderling overleg
Locatie: In onderling overleg (bv. op school)
Voor wie
30 leerlingen
Duur
1 à 2 lesuren
Prijs
gratis